Fiscale bemiddeling krijgt schorsende werking | Stremersch Accountancy
Taalwetgeving en het opmaken van facturen
Taalwetgeving en het opmaken van facturen
27 februari 2018
Privacycommissie
Een nieuwe naam en bevoegdheden voor de Privacycommissie
13 maart 2018

Fiscale bemiddeling krijgt schorsende werking

De nieuwe regels voor fiscale bemiddeling

Fiscale bemiddeling krijgt schorsende werking

 

Naast een bezwaar indienen wanneer u een geschil hebt met de fiscus, kan u nu ook de fiscale bemiddelingsdienst benuttigen. Via deze weg krijgen burger en fiscus meer kansen om vrede met elkaar te sluiten.

Schorsende werking op procedure bij bemiddeling

Een ontvankelijk verzoek om bemiddeling heeft een schorsende werking op de procedure. De fiscus mag dus tijdelijk geen beslissing nemen en kan de bemiddeling niet belemmeren door snel een voor u negatief besluit te nemen.

Termijn aanvraag bemiddeling

Wilt u bemiddeling aanvragen, dan kan u dit doen ten laatste één dag voor het beëindigen van de termijn die de administratie heeft om uitspraak te doen over uw bezwaar. U heeft dus zes maanden min één dag (gewoon bezwaar) of negen maanden min één dag (bewaar tegen ambtshalve aanslag).

Opgelet: U kan geen beroep doen op bemiddeling van zodra de fiscus over het bezwaar heeft beslist.

De dienst onderzoekt uw aanvraag voor bemiddeling

De Fiscale Bemiddelingsdienst heeft vijftien dagen om uw verzoek ontvankelijk te verklaren.

De procedure wordt een tijd geschorst

Wanneer uw aanvraag ontvankelijk wordt verklaard, wordt de procedure geschorst. Het is de soort procedure die dan zal bepalen hoe lang de schorsing duurt.

  • Vier maand voor een bezwaar/vraag om ambtshalve ontheffing
  • Één maand voor een geschil over invordering

In drie gevallen komt er onmiddellijk een einde aan de schorsing:

  • Bij de goedkeuring van het bemiddelingsverslag door het College van de Fiscale Bemiddelingsdienst
  • Als u een akkoord bereikt met de fiscus, bv. u verzaakt aan uw bezwaar of komt een afbetalingsplan overeen met de fiscus
  • Als de rechten van de Schatkist in gevaar komen

De fiscus krijgt meer tijd om bezwaar te behandelen

De fiscus krijgt meer tijd om het bezwaar te behandelen. De termijnen van zes/negen maanden worden met vier maanden verlengd. Tijdens de eerste drie maanden loopt de schorsing en kan de administratie geen beslissing nemen. In de laatste van die vier maanden kan de fiscus wel een beslissing nemen.

Ook u moet wachten zolang de bemiddeling loopt

Naast de fiscus moet ook u wachten. Zolang de bemiddeling loopt, kunt u niet naar de rechter stappen om het geschil via de rechtbank te laten oplossen.

Wel andere procedurestappen mogelijk tijdens schorsing

Er kunnen tijdens de schorsing wél andere procedurestappen ondernomen worden in het kader van het bezwaar. De fiscus kan u bijvoorbeeld wel oproepen voor een hoorzitting. De bemiddelingsdienst kan ook tijdens deze hoorzitting aanwezig zijn. Daarvoor bestaat er nu een wettelijke basis.

Geschil over invordering

Ook wanneer er een geschil is over invordering kan de bemiddelingsdienst worden ingeschakeld. Duurt de schorsing één maand, dan wil dit zeggen dat de dienst invordering geen enkel middel van tenuitvoerlegging mag gebruiken:

  • Geen bevel tot betaling
  • Geen dwangbevel
  • Geen uitvoerend beslag of beslag onder derden. Als het derdenbeslag al was gelegd, wordt dat niet geschorst

De maatregelen die de fiscus wél mag nemen

De fiscus mag soms wel maatregelen nemen. Bijvoorbeeld wanneer de rechten van de Schatkist in gevaar komen. Andere maatregelen die hij nog steeds mag nemen zijn:

  • Een herinneringsbrief sturen
  • Een belastingschuld in een attest van erfopvolging opnemen
  • Een wettelijke hypotheek inschrijven

Nieuwe regels. Vanaf wanneer geldig?

Deze nieuwe regels zijn in werking getreden op 1 september 2017. Dat betekent dat ze van toepassing zijn op alle vragen voor bemiddeling die ingediend werden vanaf 1 september 2017 én op bemiddelingen die op die datum nog niet afgesloten zijn. Voor de op 1 september 2017 nog niet afgesloten bemiddelingen inzake administratieve beroepen betreffende de inkomstenbelastingen (en ermee gelijkgestelde belastingen) geldt als bijkomende voorwaarde dat de termijn van zes of negen maanden op die dag nog niet mocht zijn verstreken.

Source: Kluwer Easyweb