Mits aangiftetermijn en wachttijd kan een zelfstandige die door ziekte of ongeval zijn activiteiten niet meer kan uitoefenen, beroep doen op een uitkering. Om hier recht op te hebben moeten er een aantal stappen worden ondernomen. De adviserend geneesheer van het ziekenfonds moet de arbeidsongeschiktheid onderschrijven.
Arbeidsongeschikt zijn betekent dat u door een ziekte, ongeval of zwangerschap (tijdelijk) alle (zelfstandige) activiteiten moet stopzetten.
Via de sociale kwartaalbijdragen kunnen zelfstandigen beroep doen op sociale rechten. Zo kan een zelfstandige rekenen op
Om op rechten zoals deze aanspraak te kunnen doen, is een aansluiting bij een sociaal verzekeringsfonds noodzakelijk. Dit moet ten laatste in orde zijn op de dag van de start van de zelfstandige activiteit én bij een erkend ziekenfonds naar keuze (of bij de gewestelijke dienst van de hulpkas voor ziekte- en invaliditeitsverzekering).
Voor wie een zelfstandige activiteit combineert met een loon- of weddetrekkende activiteit, moet voor beide activiteiten bij éénzelfde ziekenfonds of hulpkas zijn aangesloten.
Word je als zelfstandige arbeidsongeschikt, dan dien je met de volgende zaken rekening te houden:
Bij laattijdige aangifte verliest u 10% per dag, beginnend bij de dag waarop u recht op de uitkering heeft t.e.m. de dag van uw aangifte.
Indien u geen aangifte kon doen door overmacht of in geval van een moeilijke sociale of financiële situatie, zal het ziekenfonds geen 10% van de vervallen uitkering inhouden.
De adviserende arts van het ziekenfonds zal u na ontvangst van het aangifteformulier een aantal documenten opsturen:
Deze documenten dient u zo snel mogelijk in te vullen en terug te sturen.
De aangifte van uw arbeidsongeschiktheid opent niet automatisch het recht op een uitkering. Er bestaat een wachttijd om recht te krijgen op dagvergoedingen. Voor zelfstandigen wordt de duur van die wachttijd bij arbeidsongeschiktheid, omschreven in het arbeidsongeschiktheidsbesluit voor zelfstandigen.
Met 'Wachttijd' bedoelen ze eigenlijk dat iemand die al de hoedanigheid van gerechtigde heeft verkregen, gedurende een bepaalde periode geen recht op uitkeringen heeft.
In dit geval gaat een er een wachttijd van 6 maanden in vanaf de eerste dag van het eerste kwartaal waarvoor de bijdragen aan het sociaal verzekeringsfonds worden betaald. De periode(s) van de arbeidsongeschiktheid worden niet meegeteld voor de vervulling van de wachttijd. U mag tijdens deze 6 maanden niet arbeidsongeschikt zijn. Naast die wachttijd moet u arbeidsongeschiktheid erkend zijn.
Indien u recht hebt op een uitkering, krijgt u vanaf de tweede maand van de arbeidsongeschiktheid een dagelijkse uitkering. De eerste maand wordt niet vergoed. De dagvergoeding wordt bepaald door:
Aangezien de uitkeringen bij arbeidsongeschiktheid niet genereus zijn, kunt u een eventuele bijkomende verzekering afsluiten (b.v. een polis gewaarborgd inkomen. Vanaf het tweede jaar arbeidsongeschiktheid valt u in de invaliditeitsregeling.
Schoolverlaters komen in aanmerking voor een vrijstelling van de wachttijd indien ze aan bepaalde voorwaarden voldoen. Ook bestaan er uitzonderingen voor uitkeringsgerechtigde loontrekkenden die zonder onderbreking zelfstandige worden.
Er is ook een verminderde wachttijd voor diegenen die al een gedeelte van de wachttijd voltooiden in een ander stelsel en indien de overgang binnen een termijn van 30 dagen gebeurt. Als u recht hebt op een uitkering, dan ontvangt u vanaf de 2e maand van uw arbeidsongeschiktheid een dagelijkse uitkering. De 1e maand wordt niet vergoed.
De dagvergoeding wordt bepaald door uw persoonlijke situatie en de periode. Omdat de uitkeringen bij arbeidsongeschiktheid niet echt royaal zijn, kan eventueel een bijkomende verzekering (b.v. een polis gewaarborgd inkomen) worden afgesloten. Vanaf het 2e jaar valt u in de invaliditeitsregeling.
Zelfstandigen in hoofdberoep die hun activiteit stopzetten omwille van ziekte of invaliditeit, kunnen door gelijkstelling wegens ziekte aan te vragen, hun rechten in de sociale zekerheid behouden. Tijdens de erkende kwartalen van arbeidsongeschiktheid behouden ze het recht op kinderbijslag en op ziekteverzekering en pensioen, zonder de betaling van sociale bijdragen.
Let wel: De wachttijd in de regeling voor werknemers is voor de opening van het recht op arbeidsongeschiktheidsuitkeringen op 1 mei 2017 verdubbeld van 6 naar 12 maanden. Ook de periode met het aantal gewerkte dagen, is opgetrokken. Voor het recht op moederschapsuitkeringen is er niets veranderd omdat dit recht in de tijd is beperkt (wachttijd van 6 maanden). Hetzelfde geldt voor uitkeringen tijdens het vaderschaps- of geboorteverlof, het adoptieverlof of het omgezet moederschapsverlof.
Source: Kluwer Easyweb